Kwarteleitjes lenen zich voor de liefste (pardon, lekkerste) hapjes. Wij zijn dol op deze schattige eitjes. Je kunt ze op alle mogelijke manieren presenteren. Als fingerfood, als reuzespiegelei met wel twintig dooiertjes of als eitjes op een nestje van groenten.
Wij maakten de nestjes van Italiaanse monniksbaard (barba di frate of agretti genoemd), een lentegroente met een ietwat zoute smaak die heel populair is in Toscane en Umbrië. Een alternatief dat gemakkelijker verkrijgbaar is, is: zeekraal. Maar je kunt net zo goed nestjes van bijvoorbeeld gekookte spinazie maken.
Ingrediënten
- 2 kwarteleitjes per persoon
- monniksbaard (zeekraal of spinazie)
- extra vergine olijfolie
- zout
- roze peperbessen
- rozemarijnbloempjes
Bereiding
Kook de kwarteleitjes in 3 à 4 minuten hard en laat ze schrikken onder stromend koud water. Pel de eitjes. Snijd de wortels van de monniksbaard af, spoel de groente goed schoon en kook de sprietjes circa 4 minuten in water met zout.
Maak de groenten aan met een beetje olijfolie en maak er nestjes van. Leg de hardgekookte kwarteleitjes erop. Breng op smaak met peper en zout en garneer met roze peperbessen en rozemarijnbloempjes.