Dit gerecht keek ik af van mijn vriendin Maria uit Gorizia, een allercharmantst stadje in Friuli Venezia Giulia, op de grens met Slovenië. Zij deed me voor hoe je deze klassieke Italiaanse maaltijdsoep, afkomstig uit het nabijgelegen Triëst, maakt. De soep is warm en troostend. Triëst staat bekend om de ‘bora‘, een straffe winterwind die vaak gepaard gaat met koude slagregens. Dan lust je wel een stevige soep! De borlotti bonen vormen een zoet contrast met de zurige smaak van de zuurkool. ‘Sommige mensen voegen ook aardappels aan de soep toe, maar dit is het recept zoals ik het van mijn moeder kreeg, en ik maak de jota op deze manier,’ aldus Maria.
Ingrediënten
- 250 gram borlotti bonen
- 2 liter water
- olijfolie
- 1 teentje knoflook
- 1 eetlepel bloem
- 2 (runder)bouillonblokken
- 500 gram zuurkool
- 1 stuk gerookte varkensrib (krabbetje)
- peper
- zout
Bereiding
Week de borlotti bonen een nacht tevoren in water. Kook ze daarna in 2 liter water in één tot anderhalf uur gaar. Giet de bonen niet af maar bewaar het kookvocht. Dat is de basis voor je soep.
Verhit in een koekenpan een flinke scheut olijfolie. Pel de knoflook, halveer het teentje en haal deze door de olijfolie. Voeg de bloem toe en verhit het geheel totdat het bruin kleurt. Verwijder de knoflook.
Vermaal de bonen met een pureermolen boven de pan met het kookvocht van de bonen. Voeg de olijfolie met bloem, de bouillonblokken, de zuurkool en de gerookte varkensrib toe en laat het geheel tenminste één uur sudderen. Breng op smaak met peper (en eventueel zout).
Je kunt deze maaltijdsoep gelijk opdienen maar de dag ernaar is-ie nog lekkerder!