Een interview met een auteur is altijd een bijzondere gebeurtenis. Iets heel persoonlijks, soms bijna intiem. Je hebt zijn of haar boek gelezen. En om wat voor soort boek het ook gaat, je vraagt je altijd af hoe de schrijver in werkelijkheid is. Hoeveel er van de auteur zelf in het boek verwerkt is. Hoeveel hij of zij van zichzelf prijsgeeft. Een standaardvraag tijdens auteursinterviews is dan ook: in hoeverre is je boek autobiografisch?
Auteur Renske de Greef, 21 jaar, beeldschoon en talentvol
Bij Renske de Greef, 21 jaar, 1.86m lang, begiftigd met een beeldschoon gezichtje en een vroegrijp schrijverstalent, ligt dat anders. Je vraagt haar niet in hoeverre haar boeken autobiografisch zijn. Nee. Als je Renskes boeken hebt gelezen – en dat geldt vooral voor ‘Lust – liefde, seks & bambihertjes’-, dan wil je maar één ding: haar leren kennen! Tijdens het lezen van haar boeken voel je je nieuwsgierigheid groeien. Juist omdat Renske zoveel over haar privé-leven en zichzelf prijsgeeft, wil je (nog) meer over haar weten.
Een persoonlijke ontmoeting met Renske is daarom extra speciaal. Geheel in lijn met de openheid die ze in haar boeken aan de dag legt, nodigt Renske ons bij haar thuis uit. Ze doet ons open, gekleed in een spijkerbroek en een donkere coltrui. Geen make-up. Geen opgedirkte toestand. Gewoon een kopje koffie aan de keukentafel en ongedwongen maar openhartig gesprek over haar werk. Gelukkig! Renske is de Renske zoals wij haar in de boeken hebben leren kennen.
Renske en ‘Lust’
Jong, soms een tikkeltje onzeker (zegt ze zelf, en dat is juist haar charme, zeggen wij) en – terecht – overtuigd van haar schrijven. Renske trok de aandacht met haar boek ‘Lust’, een verzameling columns met als leidraad ‘seks en relaties’. Op een heel verfrissende manier vertelt Renske over haar ervaringen met jongens, over haar ideeën over seks en vriendjes. Dapper doet ze een boekje open over de taboe-onderwerpen waar ze zelf tegenaan is gelopen. Op een geestige manier noemt ze de dingen bij de naam zonder ooit in het ordinaire te vervallen.
Liefde, seks en bambihertjes
Hoe ze ertoe kwam om over seks, verliefdheid, liefde en vriendjes te schrijven? ‘Het is veel minder innerlijke noodzaak dan mensen wel denken’, zegt Renske . ‘Het is gewoon zo gekomen. Het heeft ook mij verrast.’
Vanaf haar zestiende had Renske een bijbaantje bij spunk, web-zine voor middelbare scholieren. ‘Eigenlijk omdat Jan Hoek, mijn beste vriend sinds mijn twaalfde, er werkte,’ voegt ze er eerlijk aan toe. ‘In het begin deed ik reportages en interviews, maar na een tijdje wilde ik een columnplek. Dus heb ik een column ingestuurd en kreeg ik de plek.’ Renskes eerste column ging over een vibrator. ‘Omdat het mij een grappig onderwerp als binnenkomer leek en omdat ik me tussen al die mannen toch een beetje als vrouw wilde profileren.’
De toon was gezet. Een jaar lang schreef ze iedere week trouw haar column over seks. Geen steriele of belerende praat, maar luchtige columns over haar eigen seksuele ervaringen, wensen en fantasieën, teleurstellingen en – waarom ook niet – hoogtepunten. ‘Toen de reeks bijna klaar was, kwam er een uitgever naar me toe… En dat resulteerde in mijn boek ‘Lust’.’
Het meisje van de seks? Renske is niet zomaar onbevangen aan de sekscolumn ‘Lust’ begonnen. ‘Toen ze me vroegen over seks te schrijven, heb ik er goed over nagedacht’, vertelt Renske. ‘Ik zag wel in dat ik met zo’n column riskeerde ‘het meisje van de seks’ te worden. Maar het was allemaal nog zo klein. En ik voelde er wel wat voor. Seks is iets dat op een jongerensite thuishoort. Bovendien zitten er goede verhalen in. Omdat seks en relaties heel universeel zijn, en ook heel intiem. Het zijn vaak hele kwetsbare, maar tegelijkertijd grappige en hilarische situaties. Ik dacht dat ik ‘lust’ wel tot een goed einde kon brengen…’
Jan Hoek en ‘Ja/nee’
En dat had ze goed gezien. Maar aan alles komt een einde… Zo ook aan de combinatie Renske en spunk. ‘Daar ben ik nu te bejaard voor’, lacht ze. ‘De middelbare school is een heel vluchtige, lastige wereld met trends die elkaar heel snel opvolgen. Daar heb ik nog heel weinig contact mee’. Met wie ze nog wel contact heeft, is Jan Hoek, inmiddels hoofdredacteur van spunk. Samen schreven ze ‘Ja/nee’, een dubbelboek dat je van twee kanten kunt lezen. De ene kant geeft Jans versie, de andere kant die van Renske. Het is het verhaal van Renske en Jan, dus.
”Ja/nee’ was er al voordat ‘Lust’ uitkwam,’ vertelt Renske. ‘Jan en ik hebben ons een hele zomer lang opgesloten met het idee een boek te schrijven. Het was pure eenzaamheid maar erg leuk. ‘Ja/nee’ is een boek met hoofdstukken in spiegelbeeld dus we moesten onze verhalen goed op elkaar afstemmen. Allebei de eindes zijn nogal over de top, maar dat was ook juist de grap. En ja… ook hier is de seks er toch weer stiekem ingeslopen.’
Seks in Afrika
Is Renske dan toch een beetje ‘het meisje van de seks’ geworden? Tja, misschien wel. Maar dan wel eentje met diepgang. Haar derde boek ‘Seks in Afrika’ maakt handig gebruik van het imago van ‘sekscolumnist’, zoals ze het zelf noemt. In dit boek brengt ze een moeilijk onderwerp als het aidsprobleem in Afrika op een aansprekende manier onder de aandacht van jongeren. In het boek komen we dezelfde luchtige toon tegen. Schijnbaar moeiteloos vertrouwt Renske de gevoelige Afrikaanse problematiek aan papier toe.
Er was eens… Een geitenboer in Appelscha
‘Het meisje van de seks’. En dan nog mooi ook. Geen gemakkelijke combinatie. ‘Soms werkt mijn uiterlijk tegen me, soms denk ik dat het heel goed voor me kan zijn. Ik weet het niet. Maar ik vind het vooral lastig dat mensen denken dat ik een expert op het gebied van seks ben! Ik heb echt niet de antwoorden op alle vragen! vertelt Renske. ‘Als je ‘Lust’ goed leest, zie je dat ik speel met het imago van zelfbewuste vrouw. Ik vind het belangrijk om de dingen met humor te bekijken. Maar de mensen denken dat ik alleen maar seksverhaaltjes schrijf. Soms wil ik wel van dat imago af. Ik schrijf nog eens een roman over een geitenboer in Appelscha…,’ zegt ze lachend. ‘Maar misschien kan ik dat wel helemaal niet,’ voegt ze eraan toe. ‘Misschien ligt het schrijven van columns over mijn eigen leven mij gewoon meer.’
Mannen… Wat ze niet wil, is in een hokje geduwd worden. ‘Ik heb het niet zo op de term ‘chicklit’,’ zegt Renske. ‘Ik wil niet alleen voor vrouwen schrijven. Gelukkig lijkt het erop dat ik ook door mannen gelezen word. Pas geleden kwam in de discotheek een man op me af en die zei: ‘Ben jij het meisje van die columns? Ik heb er heel veel van geleerd, dank je wel.’ Verder mailen vooral veel mannen Renske naar haar website, www.renskedegreef.nl. ‘Dat is soms lastig omdat het moeilijk is om afstand te houden. Kun je nagaan: ze vragen soms wel eens aan mijn vriendje of ze me mogen lenen voor een triootje!’
We kunnen ons zo voorstellen dat Renske haar beeld van de ‘mens’, van de ‘gewone man op straat’ heeft moeten bijstellen. ‘Ja,’ beaamt ze, ‘Ik zie opeens ook de duistere kanten van de mensen. Ze hebben soms een nogal raar beeld van me. Ze denken dat ik alles goedvind en -keur. Dat ik promiscue ben en geen normale waarden zou kennen. Dat is natuurlijk helemaal niet zo.’
Gewoon een Nederlands meisje met net iets meer ervaring’
Is Renske dan net zoals alle andere Nederlandse meisjes van haar leeftijd? ‘Ik denk dat ik wat meer ervaring dan gemiddeld heb,’ zegt ze. ‘Dat komt omdat ik heel nieuwsgierig ben. En omdat ik in korte termijnen denk. Als iets me leuk lijkt, dan doe ik het. Ik denk niet na over de consequenties. Maar hoe ik in die ervaringen was, en hoe ik het heb ervaren, dat scheelt, denk ik, niet van de andere meisjes. Ik denk dat de mensen het daarom leuk vinden om ‘lust’ te lezen. Ik denk dat als ik heel losgeslagen was geweest en geen onzekerheid had gekend, het een heel ander boek was geworden. Afstandelijker. Maar nu kunnen ze zich erin herkennen, zich in ieder geval voorstellen dat je reageert als ik. Dus eigenlijk ben ik niet zo superanders…’
En nu? Voor Renske is dit een belangrijk moment in haar carrière. Ze is bezig een verhaal te schrijven bij illustraties van een striptekenaar. En verder denkt ze na. Over de richting die ze nu gaat nemen. Wordt het dan toch een roman over de geitenboer in Appelscha? ‘Ik weet het niet’, lacht Renske, ‘Ik wil er eigenlijk niets over zeggen want anders word ik er later op aangesproken.’ Afwachten dus… Renske mag in ieder geval tevreden zijn. Drie boeken op je eenentwintigste is niet niks.
Januari 2006
Charlotte Mesman en Alessio Cristianini