Als je de vijftig nadert, zul je steeds vaker geconfronteerd worden met kreten als ‘perimenopauze’, ‘menopauze’, ‘overgang’ en ‘overgangsklachten’. Maar wat houdt het eigenlijk in? Wanneer ben je in de overgang en wanneer is er sprake van menopauze? Het antwoord op deze vragen – wel handig om te weten als je ermee te maken hebt of binnenkort mee te maken krijgt – kun je hieronder lezen.
Wat is de menopauze eigenlijk?
Bij de geboorte van een meisje bevinden zich in de eierstokken een bepaald aantal (meer dan 2 miljoen) follikels: dit zijn kleine structuren waarin zich de eicellen bevinden. Elke maand wordt er een bepaald aantal follikels geconsumeerd. Tijdens de kindertijd is dit een geruisloos proces waar je niets van merkt. In de puberteit gaat dit veranderen omdat dan de hormonen (oestrogeen en progesteron) in het spel komen. Deze hormonen vormen de basis voor de menstruatie. Iedere maand, ongeveer halverwege de menstruatiecyclus, komt één van de eicellen, onder invloed van de vrouwelijke hormonen, tot rijping. Tijdens de vruchtbare periode in het leven van een vrouw zullen er in totaal ongeveer een paar honderd eicellen tot rijping komen. Als alle follikels geconsumeerd zijn, worden er geen vrouwelijke hormonen meer geproduceerd en stopt de menstruatie. De laatste menstruatie van een vrouw wordt ‘menopauze’ genoemd.
Wat betekent de menopauze voor je lichaam?
Het uitblijven van de productie van estradiol (dit hormoon valt in de groep van de oestrogenen) en progesteron, waardoor de menstruatie stopt, veroorzaakt een tekort aan vrouwelijke hormonen dat zijn weerslag heeft op het hele vrouwelijke lichaam. Estradiol is fundamenteel voor het lichamelijke welzijn van de vrouw en heeft een positieve invloed op de hart- en bloedvaten, botten, gewrichten, zintuigen, de huid, het centrale zenuwstelsel, de vetdistributie en vooral ook op het urogenitale stelsel. Dit verklaart waarom de menopauze een verhoogd risico op ziekten of disfuncties met zich brengt.
Ook de zogenaamde ‘opvliegers’ – een veel voorkomend symptoom van de menopauze – zijn te wijten aan het gebrek van estradiol. De hormonale veranderingen verstoren de balans van het centrale zenuwstelsel dat verantwoordelijk is voor de controle van de lichaamstemperatuur.
Hoe weet je of er sprake is van menopauze?
Het lijkt zo gemakkelijk: de menopauze is de laatste menstruatie. Maar ga die maar eens herkennen. De aanloop tot de menopauze verloopt, om het zo maar te zeggen, met horten en stoten. Soms kan de menstruatie een paar keer uitblijven om dan weer terug te komen. Het hele proces rond de menopauze wordt daarom wel ‘menopauzale transitie‘ (ook wel ‘perimenopauze‘ en beter bekend als ‘overgang‘) genoemd en begint op het moment dat de menstruatiecyclus onregelmatig wordt.
Kortom, de ‘overgang’ beslaat de periode vanaf het begin van verandering van het menstruatiepatroon via de laatste menstruatie (menopauze) tot één jaar daarna (de postmenopauze). Alles bij elkaar kan de overgang 2 tot zelfs 8 jaar duren.
De aanloop naar de menopauze (dat is: de laatste menstruatie) herken je dus vooral aan het feit dat de menstruatiecyclus onregelmatig wordt. Op dat punt duurt het nog één tot drie jaar voordat er sprake is van menopauze. Soms lijkt het dat er sprake is van menopauze omdat de menstruatie 60 dagen of meer uitblijft, maar ook dat kan een fase zijn. Het is daarom eigenlijk pas achteraf goed vast te stellen wat de echte laatste menstruatie is.
Ondertussen kunnen zich alle mogelijke klachten voordoen (ook als de menstruatiecyclus niet onregelmatig is) zoals de klassieke opvliegers, gewrichtsklachten, stemmingswisselingen, herhaalde blaasontstekingen en droge slijmvliezen. Om na te gaan of deze klachten met de overgang te maken hebben, kan je arts bloedonderzoeken voorschrijven. (Het is belangrijk om significante klachten niet zomaar als overgangsklachten af te doen.)
De hoeveelheid FSH (Follikel Stimulerend Hormoon) in je bloed kan iets zeggen over het feit of er sprake is van menopauze of niet. Door het gebrek aan oestrogenen na de menopauze (dat is: de laatste menstruatie die dus niet altijd even gemakkelijk te herkennen is) gaat je lichaam meer FSH aanmaken. Je kan dit zien als een poging van je lijf om de eierstokken te stimuleren om toch weer oestrogeen te gaan produceren. Vandaar dat een verhoging van FSH erop kan duiden dat er sprake is van menopauze en kan helpen bij het vaststellen of bepaalde klachten overgangsklachten zijn of niet.
Overigens zegt de hoeveelheid FSH niet alles omdat de overgang met vlagen komt. Soms kan het FSH gehalte dus weer lager zijn terwijl je toch klachten hebt. Pas als je een tijdje niet meer menstrueert, mag je op dit bloedonderzoek afgaan (maar dan weet je het antwoord eigenlijk al). Belangrijk is verder om te weten dat dit bloedonderzoek geen nut heeft als je de pil slikt en dus geen eigen cyclus hebt. Je moet minimaal twee maanden met de pil stoppen voordat bloedprikken op hormonen zin heeft.
Al met al gaat de menopauze gepaard met een vrij langdurig proces waarin je arts vooral zal afgaan op jouw verhaal over klachten en het verloop van je menstruatiecyclus. Overigens krijgen niet alle vrouwen met overgangsklachten te maken. 20% merkt er niets van. Dat geeft weer moed!
TRENDYSTYLE