Dit schnitzel recept komt uit Italië. De oorspronkelijke naam is ‘cotoletta primavera’ en dat betekent ‘lentekotelet’. De Italianen hebben dit koteletgerecht vast zo genoemd omdat de combinatie met cherrytomaatjes en rucola voor een frisse smaak zorgt. Overigens hoef je niet per se kotelet te gebruiken. Je kunt ook een stukje kalfsvlees zonder bot kiezen (zoals op onze foto’s).
Ikzelf ben niet echt dol op gefrituurde gerechten maar af en toe zo’n lekker ‘schnitzeltje’ is toch echt wel erg lekker, zeker op deze manier. Knijp er flink wat citroen over en het is smullen!
Ingrediënten voor 4 personen
- Vier plakken kalfsvlees, vrij dun gesneden (ongeveer 600 gram)
- 2 Eieren
- Paneermeel
- Zout
- Rucola
- Cherrytomaatjes
- Citroen
- Olie om in te bakken (ook olijfolie als je wilt)
- Absorberend keukenpapier
- Vleeshamer
Bereiding
Vraag aan de slager of hij het kalfsvlees in vrij dunne plakken snijdt (dit geldt vooral als je geen vleeshamertje hebt). Hamer het vlees voor het bakken nog platter. Door het hameren wordt het malser.
Breek de eieren in een diep bord en klop ze met een vork door elkaar. Doe het paneermeel op een plat bord. Haal het vlees eerst door de eieren en dan door het paneermeel.
Verhit de olie in de koekenpan. Zorg ervoor dat de olie goed heet is. Bak het vlees nu in een paar minuten gaar en krokant. Afhankelijk van de grootte bak je de plakken vlees één voor één. Controleer of de olie nog schoon (eventueel verversen).
Leg het keukenpapier op een bord en leg de gebakken schnitzels erop. Dep ook de bovenkant met schoon keukenpapier. Leg de schnitzels dan naast elkaar op een grote schaal.
Breng op smaak met zout en garneer met fijn gesneden rucola en cherry tomaatjes. Serveer de schnitzel met een schijfje citroen. Heerlijk!
